Wilsonbekwaamheid

Iedereen mag zelf beslissen over zorg en behandeling. Maar er zijn situaties waarin iemand zijn eigen belangen niet goed kan behartigen. Voorbeelden hiervan zijn: als iemand in coma ligt of buiten bewustzijn is, bijvoorbeeld na een ongeval. Ook bij iemand met een ernstige verstandelijke beperking of vergevorderde dementie hoeven we daar meestal niet aan te twijfelen. Iemand is dan wilsonbekwaam, omdat hij of zij zelf niet meer goed aan kan geven wat hij of zij wil. De arts vraagt aan een vertegenwoordiger van de patiënt om beslissingen te nemen.


In het kort 

  • Wils(on)bekwaamheid is soms duidelijk vast te stellen, maar niet altijd. De mate van wilsbekwaamheid wordt vastgesteld aan de hand van bepaalde criteria.
  • Als iemand (deels) wilsonbekwaam is, is het belangrijk dat er zoveel als mogelijk in overeenstemming met de visie van de patiënt gehandeld wordt.
  • Van tevoren nadenken over wensen rondom ziekte en sterven is belangrijk. Als de persoon daartoe in staat is, kan hij of zij dat zelf doen. Dit kan ook door iemand die hem of haar vertegenwoordigt.
  • Heeft u behoefte aan een lezing, toerusting of extra leesmateriaal over dit onderwerp? Ga naar de NPV-Academie!

[Tekst loopt door onder de afbeelding]

Wilsonbekwaamheid

Informatie

Wat is wilsbekwaamheid?

Wilsbekwaamheid betekent: bekwaam zijn om je wil te vormen en te uiten. Je kunt je eigen belangen goed beoordelen, aangeven wat je zelf wilt. Een wilsbekwaam persoon kan goed zelf beslissingen nemen over zorg en behandeling. Soms is duidelijk wanneer iemand dat niet zo goed kan, maar er zijn ook aandoeningen waarbij de patiënt de ene keer wel en de andere keer niet in staat is om voor zichzelf te beslissen. Denk aan iemand met een psychiatrische aandoening, een lichte verstandelijke beperking of beginnende dementie. Het is niet duidelijk of deze persoon de gevolgen van zijn beslissing voldoende kan overzien, terwijl iemand over dagelijkse zaken (een- of meerpersoonskamer, welke maaltijd iemand vandaag wil) nog prima kan beslissen.

Wanneer is iemand wilsbekwaam of juist niet?

In de literatuur worden verschillende criteria voor wilsbekwaamheid genoemd. Het beoordelen van wilsbekwaamheid gebeurt meestal aan de hand van de volgende criteria:

  • De persoon begrijpt welke keuzemogelijkheden er zijn.
  • Het is voor hem of haar duidelijk wat de gevolgen zijn van de keuzemogelijkheden.
  • De keuze kan worden gewaardeerd in het licht van de eigen prioriteiten.
  • Iemand kan een rationele (doordachte) keuze maken.

Aan de hand van deze criteria beoordeelt de behandelend arts in hoeverre iemand wilsbekwaam is.

Hoe beslis je voor een wilsonbekwame naaste?

Als iemand wilsonbekwaam is (geworden), vraagt de arts aan een vertegenwoordiger van de patiënt om beslissingen te nemen. De patiënt kan daar van tevoren iemand voor aanwijzen. Heeft iemand dat niet gedaan, dan is een familielid de wettelijk vertegenwoordiger. Bijvoorbeeld een echtgenoot, een ouder of een kind. In dit artikel leest u er meer over. Van deze vertegenwoordiger wordt verwacht dat hij of zij handelt in het belang van de patiënt en zoveel mogelijk rekening houdt met de wensen van de patiënt. Zolang dat enigszins mogelijk is, moet de vertegenwoordiger overleggen met de persoon die hij vertegenwoordigt.

Opvattingen

Wils(on)bekwaamheid en zaken die u belangrijk vindt

Wils(on)bekwaamheid is geen statisch begrip. Het is mede afhankelijk van de situatie waarbinnen besluiten moeten worden genomen. Het oordeel over de wils(on)bekwaamheid is – vooral in grensgevallen – altijd een afweging van waarden. In alle situaties is het belangrijk dat er zoveel mogelijk in overeenstemming met de visie van de patiënt gehandeld wordt.
Het is dan ook belangrijk om op tijd na te denken en te spreken over wat je belangrijk vindt in het leven, in de zorg bij ziekte en sterven. Als je wensen bekend zijn, weet degene die je vertegenwoordigt en je arts beter hoe ze de zorg kunnen geven die bij je past.
Lees hierover meer op de themapagina Wilsverklaringen.

In 2019 werd een euthanasiezaak door de rechter behandeld die alles te maken had met wils(on)bekwaamheid.
Een vrouw had in een wilsverklaring aangegeven dat zij euthanasie wilde wanneer zij in het verpleeghuis terecht zou komen. Eenmaal in het verpleeghuis was de vrouw wilsonbekwaam en gaf wisselende signalen af omtrent haar doodswens. Toch besloot de arts over te gaan tot euthanasie en de Hoge Raad oordeelde dat dit juist was. Met deze uitspraak is een wissel verlegd: een arts mag gehoor geven aan een schriftelijk verzoek tot euthanasie, zelfs wanneer iemand dit niet doorlopend herbevestigt. Lees hier meer.

Opvattingen

Hulpaanbod

De NPV zet zich al veertig jaar in voor de zorg voor het leven. Vanuit christelijk patiëntenperspectief zijn wij dé vraagbaak voor al jullie ethische vragen. Je kunt met deze vragen bij ons terecht voor een deskundig en persoonlijk advies. Wij beschikken over veel inhoudelijke informatie en een uitgebreid netwerk waarmee we je van dienst kunnen zijn.

  • De NPV heeft de Levenswensverklaring  opgesteld, zodat u uw wil ook kunt vastleggen. Dat kan nodig zijn voor situaties waarin u zelf niet meer kunt aangeven wat u wilt. Het is een standaardverklaring die een duidelijke richting wijst voor de zorg rond ziekte en sterven. Daarin staat voorop dat het leven waardevol is en bescherming verdient.
  • Heeft u vragen over wils(on)bekwaamheid? Neem contact op met de NPV-Advieslijn. U kunt met ons bellen, e-mailen en chatten. Wij helpen u graag verder!

"Goed om eens door te praten over dit onderwerp!"

U hebt na het lezen van deze pagina misschien nog wel vragen over uw persoonlijke situatie. Bijvoorbeeld:

  • Mijn moeder is toenemend verward, waarschijnlijk door dementie. Mag ze nog zelf beslissen over een behandeling?
  • Als ik later in coma raak door een ongeluk of behandeling, wie beslist er dan over mijn behandeling en kan ik daar al iets voor regelen?
  • Mijn broer is erg in de war door een psychiatrische ziekte. Kan hij gedwongen worden om zijn insuline te spuiten?
  • Ons kind heeft een verstandelijke beperking en wordt binnenkort meerderjarig. Hij zal nooit zelf beslissingen kunnen nemen. Wat is voor ons als ouders wijs om al dan niet te regelen?

Deze vragen kunt u stellen aan de NPV-Advieslijn. Uw persoonlijke situatie staat dan centraal.

NPV-Advieslijn

Gerelateerde nieuwsberichten

NPV: Regeling levensbeëindiging bij kinderen van 1-12 jaar onwenselijk

28 juni 2022

NPV: Regeling levensbeëindiging bij kinderen van 1-12 jaar onwenselijk

Kabinet-Rutte III besloot dat er een regeling moest komen om levensbeëindiging mogelijk te maken voor kinderen van 1-12 jaar die ondraaglijk en uitzichtloos lijden. De NPV heeft eerder al duidelijk gemaakt dat we niet achter het maken van deze regeling staan.

Overhandiging notitie ‘Van snappen naar proberen te begrijpen’

17 januari 2022

Overhandiging notitie ‘Van snappen naar proberen te begrijpen’

Als iemand worstelt met rouw om verlies van gezondheid of een geliefde, kan elke dag een deprimerende ‘Blue Monday’ zijn. De getroffenen hebben troost en steun nodig, maar lang niet iedereen weet goed hoe ze op pijn en verdriet moeten reageren. In reactie op het advies ‘Stervelingen. Beter samenleven met de dood’ van de Raad Volksgezondheid & Samenleving, hebben ervaringsdeskundigen Peter van den Berg en Pauline Aalbers-Blankenstijn de notitie ‘Van snappen naar proberen te begrijpen’ opgesteld. Ze willen hiermee een bijdrage leveren aan het gesprek in de samenleving, zodat we met elkaar leren luisteren en spreken over lijden, verlies en rouw. Op 17 januari 2022 is deze notitie aangeboden aan Diederik van Dijk, directeur van de NPV-Zorg voor het leven.

NPV-reactie op ‘Regeling levensbeëindiging bij kinderen van 1 tot 12 jaar’

15 oktober 2020

NPV-reactie op ‘Regeling levensbeëindiging bij kinderen van 1 tot 12 jaar’

De Nederlandse wet- en regelgeving maakt actieve levensbeëindiging van kinderen onder 1 jaar en van kinderen en volwassenen boven de 12 jaar mogelijk.