Resultaten van het NPV-onderzoek: ‘vruchtbaarheid, anticonceptie en zwangerschap: hoe ga jij hiermee om?’

Zowel de ‘algemene’ als ‘christelijke’ volwassen Nederlander tussen 18-50 jaar maakt breed gebruik van anticonceptiemethoden*, zo blijkt uit het NPV onderzoek onder 1.141 christenen** (leden en niet-leden van de NPV) en een groep van 515 respondenten die representatief is voor de Nederlandse bevolking.

In het kort

  • Tussen de groep algemeen en de groep christenen zijn verschillen te vinden in de redenen van het gebruik, het type methode dat gebruikt wordt en de overwegingen die men belangrijk vindt bij de keuze voor een methode.
  • Wanneer gekeken wordt naar factoren die belangrijk zijn bij de keuze voor een methode, dan gaat dat bij de ‘algemene Nederlander’ vooral over gebruiksgemak en de betrouwbaarheid van een middel. Voor christenen speelt de betrouwbaarheid en het feit dat een middel er niet voor mag zorgen dat een bevruchte eicel wordt afgestoten een belangrijke rol.
  • Zowel bij de groep ‘algemene’ als bij de groep christenen heeft ongeveer 1 op de 5 deelnemers wel eens te maken gehad met een ongeplande zwangerschap, ondanks dat er (doorgaans) anticonceptie gebruikt werd. Het percentage mensen dat hierna voor een abortus koos, was hoger bij de groep Nederlanders in het algemeen.
  • Ongeveer 1 op de 5 christenen en Nederlanders kent iemand in zijn/haar omgeving die een abortus heeft ondergaan.

*In deze vragenlijst werd de term anticonceptie gedefinieerd als: ‘een methode die tot doel heeft om een zwangerschap te voorkomen. Bijvoorbeeld een natuurlijke methode of een hormonaal middel.’

De vele abortussen in Nederland, het maatschappelijk debat over de wenselijkheid van anticonceptie in het basispakket en de keuzebegeleiding die de NPV biedt rondom het thema ‘anticonceptie’, maakten dat de NPV dit onderzoek in gang zette. De resultaten dragen bij aan de verdere beleidsontwikkeling en visievorming en zorgen ervoor dat NPV-keuzebegeleiding verder verbeterd kan worden.

Gebruik van anticonceptiemethoden
Bijna 85% van de christenen maakt gebruik of heeft in het verleden gebruik gemaakt van een anticonceptiemethode. In de top-3 van deze gebruikte methodes staan achtereenvolgens: het condoom, de pil en de natuurlijke methoden waarbij rekening gehouden wordt met vruchtbare dagen. Opvallend is dat deze top-3 verschilt ten opzichte van de Nederland representatieve groep. Onder Nederlanders wordt de pil het meest gebruikt, waarna het condoom en het hormoonspiraal volgen. Nederlanders maken nauwelijks gebruik van natuurlijke methoden waarbij rekening gehouden wordt met de vruchtbare dagen en zijn er ook minder mee bekend.

Van de groep christenen die geen gebruik maakt van anticonceptiemethoden geeft een kwart aan dit niet te doen vanwege het feit dat dit niet past bij zijn of haar geloofsovertuiging. Voor de anderen geldt dat zij niet gehuwd zijn, een kinderwens hebben of er sprake is van onvruchtbaarheid.

Redenen van gebruik
Als christenen wel anticonceptie gebruiken, is dit voornamelijk omdat zij niet te snel na een zwangerschap opnieuw zwanger willen worden (45% van de anticonceptiegebruikers noemt dit als (een van de) redenen) of omdat iemand een zwangerschap om medische/psychische redenen niet aan kan (20%). Andere redenen die genoemd werden door christenen waren de wens om eerst te bouwen aan een relatie, een gebrek aan financiën en een gebrek aan goede woonruimte. Ongeveer 7% gaf aan anticonceptie te gebruiken om een zwangerschap voor het huwelijk te voorkomen.

Voor Nederlanders zijn de redenen om anticonceptie te gebruiken anders. De redenen ‘ik ben nog niet aan kinderen toe’ en ‘het gezin is compleet’ worden het vaakst genoemd als reden voor het gebruik van anticonceptie.

Waarden
Bij de keuze rondom anticonceptiemethoden worden er verschillende zaken belangrijk gevonden. Door christenen wordt het vaakst genoemd (door iets meer dan 50%) dat de anticonceptiemethode er niet voor mag zorgen dat een bevruchte eicel wordt afgestoten. Dit hangt samen met de visie op de vraag wanneer nieuw leven ontstaat: ongeveer 85% van de christenen is van mening dat er nieuw leven ontstaat bij de samensmelting van de eicel en de zaadcel (bevruchting). Ook door ongeveer 50% van de christenen wordt ‘betrouwbaarheid’ als belangrijke factor bij de keuze voor een anticonceptiemethode genoemd. Deze top-3 wordt afgesloten door ‘de anticonceptie mag geen hormonen bevatten’. De top-3 van Nederlanders is opvallend anders. Nederlanders geven het vaakst aan dat de betrouwbaarheid belangrijk is. Daarna volgt ‘gebruiksgemak’ en ‘de mogelijkheid om ongesteldheid te plannen’.

Besluitvorming
Christenen vinden anticonceptie vaker een gevoelig onderwerp om over te spreken en over na te denken dan de gemiddelde Nederlander. Ongeveer 40% christenen geeft aan het moeilijk gevonden te hebben om te besluiten of zij anticonceptie wilden gaan gebruiken. 11% van de Nederlanders vond dit besluit ook moeilijk. Ook vonden christenen de keuze tussen de methoden vaker niet gemakkelijk dan Nederlanders. Echter, uiteindelijk twijfelen christenen minder vaak dan de algemene Nederlander over het middel dat ze gebruiken.

Tevredenheid en spijt
Het grootste gedeelte van de mensen dat anticonceptiegebruik is tevreden over hun keuze. Dit, omdat de keuze doordacht was en het middel naar tevredenheid werkt. Echter, ook spijt komt voor. Soms heerst er spijt vanwege het wél gebruik gemaakt  te hebben van anticonceptie, maar ook komt spijt voor vanwege het niet hebben gebruikt van anticonceptiemethoden.

Een belangrijke reden van spijt is bij Nederlanders dat de anticonceptiemethode negatieve lichamelijke gevolgen met zich meebrengt (bijvoorbeeld door hormoongebruik). Onder christenen speelt dit ook, maar spelen daarnaast ook Bijbels-ethische vragen een rol, zoals: ‘liep ik God voor de voeten door het gebruik van anticonceptie?’ Ook wordt spijt genoemd omdat anticonceptiegebruik de drempel tot seksualiteit voor het huwelijk verlaagde. De redenen dat mensen spijt hebben omdat zij géén anticonceptie hebben gebruikt, zijn divers: zo werd genoemd dat de angst voor een zwangerschap spanning in het huwelijk bracht of het niet gebruiken van anticonceptie ervoor zorgde dat een nieuwe zwangerschap de draagkracht van ouders onder druk zette.

Ongeplande zwangerschap en abortus
Ongeveer één op de vijf Nederlanders en christenen heeft wel eens te maken gehad met een ongeplande zwangerschap, ondanks dat er (doorgaans) anticonceptie gebruikt werd.  Veelal moest men wennen, maar ervoer men al snel blijdschap met de zwangerschap. 2% van de christenen en 28% van de Nederlanders koos hierna echter voor abortus. Van de totale groep Nederlanders en christenen heeft 8% respectievelijk 1%  wel eens te maken gehad met een abortus bij zichzelf/de partner. Op de vraag hoe deze deelnemers terugkijken op hun abortus, worden gevoelens genoemd van gemis en verdriet, maar ook berusting en het gevoel een goede keuze gemaakt te hebben.

20% van de Nederlanders en zo’n 16% van de christenen kent iemand in zijn/haar omgeving die een abortus heeft ondergaan. Christenen hebben vaker moeite met het begrijpen van een abortus bij iemand uit de omgeving en vinden een abortus minder vaak vanzelfsprekend dan de gemiddelde Nederlander. Echter, terugdenkend aan een abortus van iemand uit de omgeving, gaf ook 58% van de Nederlanders dit aangrijpend te vinden. Een minderheid (37%) van de Nederlanders vond het vanzelfsprekend.

Op verzoek is het onderzoeksrapport op te vragen. Mail dan naar onderzoekbeleid@npvzorg.nl

**Hoewel de groep christenen in dit onderzoek fors is, moet er bij het interpreteren van de resultaten rekening gehouden worden met het feit dat de groep niet representatief is voor alle christenen. Christenen uit de Gereformeerde Gemeente, Protestantste Kerk in Nederland, Hersteld Hervormde Kerk, Gereformeerde gemeente in Nederland en Christelijke Gereformeerde kerk zijn in dit onderzoek oververtegenwoordigd.